maandag 3 maart 2008

De Melkweg

Op zekere dag, lang geleden, was ik in gesprek met een man die werkelijk ontzaglijk geleerd was. Ik verzeker je, ik denk er soms nog aan terug, en werkelijk, ik zit nog met mijn hoofd te schudden - wat die allemaal wist, en waar die op een interessante manier over kon praten... Het was allemaal economie, sociologie, geschiedenis, filosofie, literatuur, anthropologie en nog veel meer. Op een bepaald moment liet ik langs mijn neus weg ontsnappen: de zon, dat is een ster zoals een andere, en de sterren, dat zijn allemaal zonnen die zo ontzettend ver weg staan, dat we ze alleen maar zien als kleine puntjes aan de hemel.

Paf. Die man stond absoluut paf. Met open mond zat hij me aan te kijken. Het was werkelijk de eerste keer dat hij uit de levende cultuurencyclopedie die hij zelf was opkeek, en ergens vaag in de wereld ontwaarde dat er atomen bestonden, en sterren en planeten. Het had iets ongelofelijks - en pas heel geleidelijk ontdekt een mens dat hij zelf niet echt een haar beter is, of beter gezegd, en alleen voor dit onderwerp, een haar beter misschien, maar daarmee is het gezegd.

Een vroegere post van me herinnerde aan hoe ik ooit een tikje hopeloos op zoek was naar een soort "landkaart van de melkweg" (1), maar dat ik die destijds nooit kon vinden. Intussen, zo heb ik gemerkt, bestaat daar op het internet al heel wat meer over (2). Zo heb ik twee sites gevonden waar je mits wat zoek- en denkwerk werkelijk iets te weten komt:

http://www.ldps.ws/Mirror/Universe/index.html
http://galaxymap.org/

Als ik het verschil bekijk tussen wat ik allemaal dacht te "weten" toen ik mijn geleerde vriend vertelde over zonnen en sterren, en wat je ontdekt door niet meer dan enkele amateursites te bekijken... Er overvalt me een acuut geval van Socratische wijsheid en ik besef dat ik nauwelijks een haar beter ben dan mijn geleerde vriend.

De Melkweg, die verzameling van enkele honderden miljarden sterren waarvan de zon er eentje is, vormt een eerder platte schijf, noem het een pannenkoek van sterren. Ergens halverweg het midden en de rand van de pannenkoek zit onze zon. De afstanden zijn hier zodanig dat het licht dat uit het centrum vertrekt er tienduizenden jaren over doet om onze zon te bereiken.

Met dat soort aantallen sterren en afstanden zijn we al blij als we lokaal een beetje oriëntatie kunnen krijgen. De toestand is dat je een bijna rechte lijn kan trekken tussen twee "rode reuzen" (gigantisch grote sterren waarbij onze zon maar een kaarsvlammetje is), Antares en Betelgeuze, met onze zon in het midden, en dat je daarmee een lijn verkrijgt die vanuit de richting van het centrum (Antares) via ons naar de buitenwijken (Betelgeuze) loopt. De beide rode reuzen bevinden zich op een afstand van pakweg 500 lichtjaar van hier, dus de totale lengte van de lijn is 1,000 lichtjaar. Een peulschil op de totale Melkweg, maar goed, we zijn bezig met het equivalent van het verkennen van ons dorp in een wereld waarin het paard nog niet is uitgevonden.

Haaks daarop staat dan de richting waarin de spiraalarmen van de Melkweg zich rond het centrum uitstrekken. Ik heb me ingebeeld dat het mogelijk zou zijn om ook in die richting iets te vinden dat je een zeker houvast zou geven, zoals die rechte lijn tussen twee rode reuzen. Maar wat ik op die sites begin te begrijpen is dat de sterren gezaaid zijn zoals de zandkorrels op een strand. Bovendien, 500 lichtjaar (of 4.730.365.236.290.500,00 kilometer...) mag er indrukwekkender uitzien dan van hier naar de kust, maar in termen van een spiraalarm lijkt het meer op... uimmm... van hier naar de kust! Wij, bewoners van de derde planeet van Sol kennen een paar lokale sterren die we mooie namen geven als Procyon en Canopus en Sirius, maar eenmaal je enkele tientallen lichtjaren ver weg bent is de koek al grotendeels op, en kan je nog hoogstens hier en daar een echte gigant zien. En dus is er met iets als een rechte lijn tussen Betelgeuze en Antares in die richting niet echt veel aan te vangen.

Onze spiraalarm noemen we de Orion-arm (vanwege de bouwstenen van het mooie sterrenbeeld dat zich in dezelfde arm bevindt), en die is zelf een soort zijarm van de machtige Sagittarius-arm die zich parallel met de Orion-arm aan de binnenkant van de pannenkoek uitstrekt. Ook parallel met ons, maar dan naar de buitenzijde slingert de Perseus-arm. We kunnen nog meer flarden van armen of soortgelijke structuren waarnemen, maar vaak is niet duidelijk of het inderdaad om echte armen gaat, of misschien delen van de bekende armen, of nog iets heel anders.

Je kan je er uren over verwonderen. Hagar de Verschrikkelijke zei het al toen hij naar een sterrenhemel zat te staren: "zij zijn toch zo klein, en wij zijn toch zo groot..."

---------------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2007/08/de-anatomie-van-de-melkweg.html
(2) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2008/02/waaruit-bestaan-de-spiraalarmen-van-de.html

Geen opmerkingen: