Langs de kant van de weg, aan de rand van de Leuvense Vaart, een eind voorbij Mechelen, valt mijn oog op het opgeschoten gras met daarin verschillende bloemen. Het gaat niet over de boter- of paardenbloemen en nog minder over de madeliefjes. Het gaat me ten eerste over de klaprozen, voor zover ik weet ook bekend onder de naam papaver. Alleen al het feit dat ikzelf er voor uit mijn ogen kijk om iets van de wereld te zien moet je aan het denken zetten: ze staan prachtig.
Het gaat om behoorlijk grote bloemen, veel groter dan de meeste wilde bloemen zoals die boterbloem van daarstraks, met felrode kleuren in vrolijk contrast met de zwarte kern. En daartussen stond een zo mogelijk nog grotere wilde bloem, met nog vrolijker kleuren, van een soort waar ik nooit eerder van gehoord of gezien had. Ze hebben grote helder roze bladeren, zoals ik al zei, nog groter dan die van de klaproos, en daarbinnen beslaan een reeks kleine, felgele opzwellende draden een oppervlak dat nog steeds ruim de paardenbloem overstijgt. En daarin pas bevindt zich nog een soort hart dat (zoals ik het me herinner) eerder flets geelgroen was, maar in ieder geval, goed genoeg om samen met dat roze en geel een mooie combinatie te geven.
Professioneel gekweekte bloemen in professionele tuinen zullen mooier zijn, en misschien ook beter ruiken, maar in feite: zulke grote kleurige bloemen, zomaar in het wild, de zetelfilosoof in mij had het niet verwacht. En het mooist van al, ze zaten onder de bijen die fladderden van bloem tot bloem, enfin, je kent dat, een scène uit je jeugd, compleet met de zonovergoten blauwe lucht daarboven. Bijen hebben het moeilijk; iedereen zet zijn tuin vol met die gekweekte bloemen, waar geen fatsoenlijke bij iets mee kan doen - en als we op een dag de natuur genoeg om zeep hebben geholpen dat ook de bijen verdwenen zijn, dan zal het de schuld zijn van het kapitalisme. En dan is de wereld pas goed om zeep, maar wie maalt dààr nu om?
En al wat er nochtans nodig is zijn een paar wilde bloemen, prachtig van kleur, mooi afstekend tegen het groene gras, de blauwe lucht en de gele zon, en een beetje verdraagzaamheid als niet elke spriet en stengel precies daar groeit waar wij hem ons hadden ingebeeld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten