woensdag 23 maart 2011

Een hoofdstuk "geschiedenis van de wijsbegeerte"

Een tijdje geleden vermeldde een student op haar blog hoe ze "geschiedenis van de wijsbegeerte" maar een moeilijk vak vond (1). Nu herinner ik me nog heel goed hoe "geschiedenis" ooit, toen ik het nog via het schoolsysteem moest volgen, bij mij ook een probleemvak was. Dus ik vroeg of het aan de "geschiedenis" of aan de "filosofie" lag, en het kwam er uiteindelijk op neer dat het haar nu eenmaal niet boeit, dus "moet" ze het van buiten leren, en dan lukt het maar matig.

En ja, dat laatste is nu eenmaal juist. Als ik terugdenk aan hoeveel tijd ik destijds in de rechten heb bespaard door het "van buiten leren" tot het hoogstnodige te beperken... De kunst is nu juist je zelfs van het saaiste vak (en ik kan je verzekeren, 700 bladzijden vermogensrecht...) af te vragen... "wat komen ze me hier eigenlijk vertellen, en waarom, en hoe verhoudt zich dat tot de rest?" en veel mist zal optrekken.

Nu, iedereen zijn of haar eigen stijl, natuurlijk, maar voor mezelf bleef ik er toch nog over piekeren. Ik had een vlugge poging gedaan om met een mogelijk hoofdstuk "De Grieken" te tonen dat daar best boeiende ideeën kunnen inzitten, en intussen schiet me te binnen dat ik ook met "de negentiende eeuw" met heel weinig inspanningen grote vooruitgang kan creëren. Altijd veronderstellend dat de lezer een totale beginner is...

Je moet beginnen met "Hegel". Die stelde een heel ambitieus mechanisme op dat moest toelaten het verloop van de geschiedenis te begrijpen. De naam van dat mechanisme was "dialectiek" en het bestond uit een beweging waarmee een bepaald gegeven, "these" altijd haar eigen tegenstelling, "antithese" opriep, en waarin vooruitgang erin bestond dat uit these en antithese een nieuw gegeven, de "synthese" ontstond. En wat er ook gebeurde in de geschiedenis; het was altijd mogelijk er de oorspronkelijke toestand uit te halen, en die "these" te noemen, en dan de reactie de "antithese" te noemen, en het daaropvolgende tijdperk of periode of revolutie of wat dan ook de "synthese" te noemen... en het zag er allemaal ongelofelijk indrukwekkend uit! In het bijzonder vond Hegel dat onze werkelijkheid in essentie een spirituele werkelijkheid was, en dat deze geestelijke essentie als antithese op de stoffelijke werkelijkheid botste. Dan werd de synthese van "geest en stof" de mens zelf, en wel in een maatschappelijke ordening geregeerd door de Pruissische koning en de lokale kerk, en onderwezen door de filosofie van die tijd: die van hemzelf. En ze leefden allemaal nog lang en gelukkig.

Als je dat, alle vijf zinnen, gewoon weet, desnoods omdat je het van buiten hebt geblokt, kan je heel gemakkelijk een Marx begrijpen wanneer die pruttelde: de werkelijkheid is in essentie juist materiëel en alle kunstuitingen zoals mythes, religies, muziek of mensen en hun maatschappelijke organisaties bestaan uiteindelijk alleen maar omdat ze gedragen worden in materie: geen menselijk verstand of het werkt omdat er silicium inzit; iets dergelijks. Dus de geschiedenis werd gedragen door economische (in plaats van spirituele) motieven, en maatschappijen en hun filosofieën waren de uitdrukking van heersende economische toestanden ("onderbouw" versus "bovenbouw"). De optimale ontwikkeling van de materiële wereld (de "productiemiddelen") kon echter in botsing komen ("these - antithese") met de achterblijvende maatschappelijke structuren uit een vergaan tijdperk, en dan kon alleen een maatschappelijke "revolutie" tot een nieuwe synthese leiden.

Aanhalingstekens voor woorden waarvan ik denk dat je ze anders had moeten van buiten leren, terwijl ze met de reactie tegen Hegel in het achterhoofd misschien wel logisch op hun plaats vallen. Met een beetje geluk op een manier die maakt dat je het nog nauwelijks kan fout doen. Als dat zo is, dan kan je zomaar opeens een Marx situeren met zijn aandacht voor het economische en zijn onbeperkte aanspraak op "wetenschappelijkheid", tot het punt dat hij zelfs ging voorspellen wat er maatschappelijk ging gebeuren; allemaal in reactie op Hegel!

Of denk aan Darwin wiens mechanisme van "natuurlijke selectie" (2) wel een levend verwijt lijkt aan het robotachtige van Hegels dialectiek. In plaats van elke beweging te voorzien van de termen "these" (en de rest) krijg je juist de levende vraag: hoe precies leidt dit kenmerk tot meer nakomelingen, en hoe lokt heel dat concreet gebeuren nu een aanpassing uit aan een bestaande omgeving? Net als bij Marx voel je bijna de onvrede van iemand bij dat hyperambitieus mechanisme van de dialectiek, en er dan maar een veel performanter mechanisme voor in de plaats stelt. De levende, biologische realiteit kreeg nu een heel preciese geschiedenis, en een heel precies mechanisme die deze geschiedenis kon beschrijven, allemaal zoals Hegel had gedroomd maar nooit had waargemaakt.

En precies hetzelfde zie je gebeuren bij Nietzsche. Zijn "genealogie" (dit woord moet je van buiten leren) zegt dat de reden waarom iets is ontstaan ("geschiedenis") en de manier waarop datzelfde iets wordt gebruikt twee hemelsbreed verschillende dingen zijn. Dit is echt de moeite om er eens voor jezelf diep over na te denken. Probeer zijn eigen voorbeeld: "de hand is niet gemaakt om te grijpen". Lukt het je om daar iets van te maken; om er een touw aan vast te knopen? Als je het moeilijk vindt: vraag je dan af, is de hand soms gemaakt om piano te spelen, of om ermee op het toetsenbord van een computer te tokkelen? Niet, neem ik aan? Toch is dat hoe een hand erg vaak gebruikt wordt. Dus...

Het feit dat we een hand op die manier kunnen gebruiken heeft veel te maken met hoe een verre voorouder zijn voorpoot wist te gebruiken om zich aan takken vast te klampen: collega's die dat minder goed konden vielen naar beneden en hadden minder nakomelingen. Maar het woord "voorpoot" geeft de show weg: die voorpoot was helemaal niet "gemaakt om te grijpen", hoogstens om te lopen. De reden waarom de voorpoot was ontstaan (lopen) was iets heel anders dan de manier waarop hij werd gebruikt (grijpen). Het gevolg van dat totaal nieuw gebruik was dat klauwen en/of tenen met het verstrijken van de generaties veranderden in steeds soepeler vingers. Wie beter greep leefde langer, en had dus meer nakomelingen, dan wie sneller uit de bomen viel. Tot het punt waarop je er, wanneer er zich alweer heel veel nieuwe ontwikkelingen zoals "cultuur" hebben voorgedaan, piano mee kan spelen, of tokkelen op het toetsenbord van een computer.

Nietzsche had niet veel Darwin gestudeerd, maar zijn "genealogie" wil er op wijzen dat ontstaansgeschiedenissen heel erg afhankelijk zijn van nieuwe, onvoorzienbare richtingen die worden ingeslagen. Er kunnen best heel oude instellingen bestaan die een geheel nieuwe draai kunnen krijgen en een heel ander effect hebben. Wist je dat ons eigen strafprocesrecht nog een "inquisitoriale fase" kent? Het is een essentiëel bestanddeel van onze filosofie van de "rechten van de verdediging", hoewel we "inquisitie" daar aan zijn ontstaan niet precies mee associëren. Hoe dan ook, alweer een filosofie die Hegels mechanisme om de geschiedenis te begrijpen vervangt door een heel ander concept.

OK, het is alweer lang voor een post, zelfs op Speels maar Serieus. Maar als je een paar woorden rond Hegel "van buiten leert", en je kan ineens Marx en Darwin en Nietzsche een beetje plaatsen - wedden dat je met deze paar minuten al geen nul meer haalt op je examen "geschiedenis van de (Westerse) negentiende eeuwse wijsbegeerte"? Als je bedenkt dat je met Marx een heel grote kapstok bezit; dat je met Nietzsche heel goed op weg bent om "Schopenhauer" of "Freud" te kunnen plaatsen; wedden dat een vergelijkbare inspanning van pakweg een kwartier je met niet minder dan 8 op 20 doet buitenkomen? Zeg dat je nog een half dagje gebruikt om de grootste leemtes wat in te vullen; nog een paar uur om zelf ook eens een beetje na te denken ("hoe relevant is Marx nog vandaag?") en je weet ongeveer hoe ik met veel minder tijd dan de vanbuitenblokkers door mijn rechtenstudies ben geraakt.

Af en toe was het wel een beetje met de hakken over de sloot (maar wel altijd in eerste zit, met grote voldoening!), ja. Goed genoeg, toch?

------------------------------------
(1) http://www.pimpajoentje.be/2011/02/12/punten-4/
(2) dit is een oude post van me die in zekere zin ook aantoont dat je helemaal niets "van buiten" hoeft te leren omdat je het heel simpel gewoon kan begrijpen:
http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2007/05/nogmaals-natuurlijke-selectie.html

2 opmerkingen:

Greet zei

Mja, het blijft toch allemaal moeilijk te onthouden hoor :) Ik begrijp het allemaal wel, maar leg mij eens uit wat het logische verband is tussen de termen these en antithese en de naam Hegel? Mij zegt die naam evenveel als Shopenhauer, dus ben ik verplicht om van buiten te leren in welke volgorde die namen horen en welke theorie bij welke naam hoort. Darwin en zijn evolutietheorie zijn al een stuk bekender dus dat kan ik allemaal wel makkelijk onthouden, maar wat er achter de naam Nietzsche schuilt is dan weer heel wat minder evident. Ik heb het nu dus al drie keer gestudeerd en ik ben het voor de derde keer vergeten. Geen flauw idee wat die man gezegd en geschreven heeft.

Op zich zijn de meeste van die theorieën wel te volgen. Soms valt er ook al eens een logisch verband te leggen met voorgaande theorieën. Maar echt volledig logisch is het allemaal niet, dus het blijft toch grotendeels van buiten leren, al die namen en theorieën en filosofische stromingen :)

Koen Robeys zei

Dat zal niet anders zijn in "jouw" onderwerp. Ook als je de structuren van een taal bestudeert zal je beginnen met een aantal dingen die je gewoon moet weten ("van buiten leren") en vanaf dan ontwikkelt zich dat spel van regels en variaties.

De kunst is niet proberen te ontsnappen aan het onvermijdelijke, maar het tot een minimum te beperken.

Dus er is wèl een logisch verband tussen "these" en "synthese", en onthoud dat "Hegel" die woorden en verbanden gebruikte om dat "ambitieuze mechanisme om te geschiedenis te begrijpen" uit te werken.

Ik signaleer dat nu de volgorde met Schopenhauer noodzakelijk moet zijn dat Hegel eerst komt, want je hebt net van buiten geleerd dat "het begint met Hegel".

Praktisch analoog is "de logica" nu dat je je moet afvragen hoe de anderen omgaan met dat mechanisme van Hegel. Dat lukt quasi perfect met Marx, met Darwin, en met Nietzsche. Ik denk niet dat dit een geschikte plaats is om cursus filosofie te geven, maar ik wed, mijn hoofd er op, dat ik geen vijf minuten nodig heb, en een gemiddelde universitaire student kan het voor elk van de drie in één korte zin uitdrukken.

Alleen al het besef waarom het voor "Schopenhauer", "Kierkegaard" en "Freud" iets moeilijker zou zijn zou volstaan om je minstens een beeld te geven van hoe die drie zich situeren tussen de rest.

Mijn punt is niet dat iedereen dat ook allemaal fascinerend interessant moet vinden. Mijn punt is wel dat ook jij niet meer dan twintig minuten zou moeten ("indien iemand het je op een fatsoenlijke manier vertelt"; die "moet" was een steek aan het adres van het lerarenkorps) nodig hebben om een bruikbare "rode draad" in je hoofd te hebben.

En er zou vanaf dan nog héél weinig van buiten te leren overblijven.

I wish you good luck.