donderdag 2 november 2006

Een belastingbetaler wil weten (deel 3)

Begin februari vroeg dit blog zich het volgende af (1). De Belgische staat heeft een hoop schulden, en een deel daarvan is "kortlopend". Dat betekent dat, bijvoorbeeld, elke drie maand dat stuk schuld moet terugbetaald worden. In werkelijkheid verlengt de staat dat stuk dan: ze ontlenen gewoon aan het tarief van dat moment het geld om de vervallende schuld terug te betalen. En dat is fijn zolang de kortlopende rente erg laag staat, of zelfs nog daalt, maar het is vervelend indien de kortlopende rente stijgt. Stel dat je het over een bedrag van EUR 100,000,000,- hebt (een peulschil in deze context), dan maakt een verschil van één percent een extra kost van één miljoen euro uit op jaarbasis uit. Geld dat wordt betaald, of juist niet, door de staat, en dus de belastingbetaler. Bijvoorbeeld: ikzelf.

Maar, merkte ik ook op, er bestaat een zeer eenvoudige techniek die toelaat om de rente van de schuld voor veel langere periode vast te leggen, zelfs als de schuld zelf wel degelijk kortlopend blijft. Het doet er nu even niet toe hoe dat werkt, maar het is wel zo. De langst mogelijke periode die ik kon vinden was vijftig jaar. Tot in 2,056 kon de staat vastleggen aan welke prijs een pak staatsschuld zou gefinancierd worden, en de prijs waaraan dat zou gebeuren lag iets onder 4%. En ik vroeg me af waarom de staat, dus wij belastingbetalers, dat niet voor grote bedragen doet.

Even opzoeken en rekenen leerde dat de 3 maand rente van dat moment 2.58% was. Een staat die op dat moment leent aan 2.58% is 1.42% beter af dan een staat die leent aan 4.00% (omdat ze, bijvoorbeeld, mijn raad hebben opgevolgd). Sta me toe af te ronden dat 1.42% op 100 mio, en dat 3 maand lang, een kost betekent van 355,000 euro. Een goede reden om iets niet te doen, op ' t eerste gezicht. Anderzijds zit daarin een soort verzekeringspremie. Je betaalt die extra kost niet voor niets, maar om de zekerheid te hebben dat je de volgende vijftig jaar lang nooit geplaagd kan worden door rentestijgingen boven de 4%. En dus is de vraag die de staat, en de belastingbetaler, zich moet stellen: is de extra kost het voordeel van de bescherming waard?

En laat niemand ooit, en zeker niet met "wijsheid achteraf", dingen komen vertellen als "natuurlijk wel", of juist "natuurlijk niet", en "ik wist het", en dat soort dingen. Niemand weet het, en daar kan geen enkele opgeblazen kikker iets aan veranderen, hoe hard hij ook kwaakt. Elk "gelijk" in termen van "mijn strategie heeft gewerkt, zie je wel", is van dezelfde kwaliteit als iemand die komt vertellen dat de staat vorige week de volgende lottocijfers had moeten invullen, puntje, puntje, puntje. Daar gaat het dus niet om. Hoogstens zouden cijfers achteraf - bijvoorbeeld nu, negen maanden later - kunnen illustreren wat het risico was, zodat je een betere kijk krijgt op vragen als "is dat risico zoveel geld waard?".

Drie maanden na mijn post was de 3 maand rente gestegen naar 2.87%. De staat betaalde dus de kortlopende schuld terug door aan 2.87% nieuw geld te ontlenen. Als ze mijn raad hadden opgevolgd zouden ze aan 4% aan het ontlenen zijn, ofte 1.13% meer. Voor een periode van 3 maanden: 282,500 euro. Wéér een flinke hap gespaard! Natuurlijk, het gaat niet om het "gelijk" van "zie je wel", het gaat wèl om de vraag of dat geld niet de moeite waard zou geweest zijn, als investering in een bescherming tegen rentevoeten hoger dan 4%.

Nog eens drie maand later, begin augustus (2) wijdde dit blog er een tweede post aan. De korte rente was nu opgelopen tot 3.17%. De staat die mijn raad had opgevolgd zou weer aan 4% de schuld verlengd hebben in plaats van 3.17. Een verschil van 0.83%, en dat op (zeg) 100 miljoen euro en op drie maand...

Koen: 0 - Belastingebetaler: 207,500 euro.

Zeker, zeker, de èchte vraag is of dat geld niet de moete waard zou zijn als bescherming etc etc...

Vandaag staat de korte rente op 3.55%. De staat die destijds mijn raad had opgevolgd moet opnieuw haar schuld herfinancieren aan 4%, en dus spaart de staat die mijn raad niet heeft opgevolgd 0.45%, op 100 miljoen euro en voor drie maanden. Steeds afgerond praten we over 112,500 euro. Een flinke hap! Merk je overigens op hoe deze kost al behoorlijk veel minder is dan de 355,000 euro die het negen maand geleden kostte? Negen maanden is alles wat ik nodig heb, en de kost is al met een 230,000 euro afgenomen. Zoals ik al zei, wijsheid achteraf geeft ons een beeld van hoe dit soort dingen behoorlijk rap kan gaan. Misschien dacht iemand negen maand geleden wel dat die korte termijn rente niet zo heel snel zou gaan stijgen. Dan tonen de feiten nu dat die korte rente wel kon stijgen. En daaruit volgt dat ze ook nog verder kan stijgen.

Afgerond is de korte rente met ongeveer 1% gestegen op negen maand. Als die rente verder stijgt tot 5%, dan zitten we 1% boven de 4% van de lange rente van destijds, en dan kost ons dat 1 miljoen euro op jaarbasis. De rente kan ook verder stijgen, of dat miljoen kunnen we nog tot 49 jaar lang moeten betalen... je voelt dat hier toch wel een serieus risico op zit.

Terzijde, het totaal van mijn kosten is momenteel net geen miljoen euro. Dat is nog steeds een pak geld, maar dat blijft in mijn opinie bescheiden bij de kosten die we oplopen indien de rente naar 5% gaat (1 miljoen per jaar) of naar 6 percent (2 miljoen per jaar) enzovoort, en dat voor de komende 49 jaar en drie maanden lang.

En nu komt er zelfs een stuk goed nieuws! Natuurlijk hadden we op elk moment tussen negen maand geleden en nu, alsnog mijn voorstel kunnen uitvoeren. Als de markt evenwel bij een gegeven niveau verwacht dat de rentes langdurig gaan stijgen, dan stijgen de prijzen van die 50 jaar ook. Eind juni zou de kost van een 50 jaar geen 4%, maar wel 4.50% geweest zijn. Maar het goede nieuws is dat die 50 jaar intussen opnieuw naar net geen 4% is gezakt! Dus op dit moment kunnen we opnieuw de hele kost van de schuld vastleggen aan 4%, en vermits de korte rente nu een stuk hoger staat betalen we een heel stuk minder voor de bescherming.

Dus misschien is dat wel een goed idee? Vergeet echter niet, de rentes kunnen natuurlijk ook weer dalen, en dan lopen de verschillen met 4% weer hoger op. Maar desondanks lijken rentes van 4% die je voor vijftig jaar kan vastleggen mij beter dan onderworpen blijven aan vlottende (zoals dat heet) rentes, die heus geen 50 jaar geleden stukken hoger dan 4, of 5 of 6 percent hebben gestaan. En dus blijft deze belastingbetaler zich afvragen: wat denken onze financiële leidinggevenden hiervan?

------------------------------------------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2006/02/een-belastingbetaler-wil-weten.html
(2) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2006/08/een-belastingbetaler-wil-weten-deel-2.html

Geen opmerkingen: