dinsdag 21 september 2010

Bobbejaanland

De eerste keer naar Plopsaland viel nog mee, met de kindjes en zo, maar na twee Plopsa's en twee Eftelingen begon Bobbejaanland een beetje te wegen. Zeker, we deden het weer in combinatie met mijn broer en zijn familie van twee kleuters en één peuter, dus wij met onze eigen twee kleuters en een eigen peuter deden dat niet slecht.

En jawel, het is best ook weer een heel leuk park, en groot, en heel interessant voor al die ukken. Zodra je ziet dat kleuter Sarah over de speeltjes en attracties holt en crosst, breed armzwaaiend en lachend allerlei hindernissen neemt en wagentjes beklimt, ja, dan kan het niet meer stuk. Kleuter Thoms slaagde er redelijk goed in aansluiting te vinden bij de grotere kleuters, maar de grappigste was nog peuter Simon. Die had een deel van de dag liggen slapen in zijn buggy, maar zodra hij goed wakker was had hij heel goed door dat al dat klein gespuis flink aan het spelen was. Uiteindelijk, begeleid door de trotse ouders, kwam hij ook op de treintjes en de karretjes terecht - en dat wijd lachend mondje, die stralende pretoogjes, die petsende handjes op de sturen en de knoppen... En zo beleefde peuter Simon ook een mooie dag.

Nu, voor papa is het uiteindelijk de sociale activiteit met de familie die telt, maar omdat het zondag was zat 's avonds samen eten er ook niet meer in. En dus was het alles bij elkaar wel best te doen, maar begon het pretparkenconcept toch ook wel zwaar te wegen.

Maar in de auto ontspon zich nog een interessante discussie. "Stel je voor wat je daar nu de hele tijd hebt uitgespookt" zei mijn vrouw, "de hele dag van attractie naar attractie, om daar te staan gapen op wat er gebeurt, of in het beste geval zelf ook nog in de lucht te worden geslingerd". En dat is ook weer waar. Papa heeft een klein beetje last van hoogtevrees, maar toch vond hij zichzelf terug in een karretje dat over een monorail tussen de bomen laveert - en dus zit jij daar plots op een kramikkel stoeltje met overal de lucht om je heen, en de enige steun komt uit het midden van het karretje.

Ik heb de hele tijd het handje van kleuter Thomas die naast me zat vastgehouden, en ik ben er niet zeker van dat het was om kleuter Thomas gerust te stellen.

En daar besteed je dus een hele dag aan, en massa's mensen overal om je heen ook. Geef toe, met al die koortsachtige activiteit zal je niet veel wereldproblemen oplossen.

Kortom, ze had me geweldig aan het denken gezet, en ineens dacht ik terug aan mijn studententijd, die ik grotendeels heb besteed aan de edele kunst van het schaken. Al die volwassen mannen die de hele tijd, uren aan een stuk voor één partij, zitten te turen naar kleine houten stukken, die ze na lang piekeren over heel kleine afstandjes verzetten... "Ja, maar dat heeft tenminste een verstandelijke component" vond mijn vrouw, ongetwijfeld terugdenkend aan de Roller Coaster".

En dat is ook zo. Je zou het aan onze in de handen verborgen hoofden niet kunnen zeggen, terwijl we daar bezig zijn met onze extreme bewustzijnsvernauwing, maar als je op een echt hoog niveau aan het schaken ben - en ik bedoel nu niet dat je eens met je nonkel ook wat houtjes hebt geschoven, hé - dan zit daar serieus wat verstand achter. En naar ik vermoed (maar ik zou het niet kunnen zeggen, want het gold niet voor mij) ook nog een hoop andere soorten inzicht. Dus als je bedenkt dat er toch behoorlijk veel mensen zijn die op dat topniveau schaken, en als je denkt aan hoeveel studeerwerk daar achter zit, en hoeveel topniveau denkwerk ermee gemoeid is...

Ben je er heel zeker van dat al dat het "beter" is dat dat vernuft gaat naar het "Open Spaans" en het "Gesloten Siciliaans" en het "Nimzo-Indisch"? En niet naar, pakweg, het oplossen van de honger in de wereld?

En zo eindigde een nogal "lichte" dag toch nog in een interessant filosofisch debat.

Geen opmerkingen: