zondag 22 april 2007

De Metafyscia van het Persjonkelen

We hebben het hier al een paar keer gehad over de “metafysica”. Zoals een vriend van mij het ooit uitdrukte, “het deel van de filosofie dat de filosofen een slechte naam bezorgt”. En toch kan je tegelijk voelen dat het allemaal ook zijn belang heeft. Neem nu de nogal verrassende afloop van de film (1) die ik destijd hoopte te maken (ik kan niet zeggen dat ik ben overspoeld door financiers, maar dit terzijde). Zie je welk een verschil het maakt, of we leven in een wereld die goed wordt beschreven door het “Pluriversum” (2), dan wel door de motieven die zich achter het persjonkelen (3) bevinden?

Wie het geluk heeft over een tachtigjarig familielid te beschikken, die in staat is herinneringen op te halen met een mengsel van humor, ironie en mildheid, krijgt een blik geworpen in een wereld die ver, zeer ver van de onze staat. Alle dagen om 06.00 uur het bed uit om naar de mis te gaan, en enkele keren per jaar een hoop persjonkelen. Niemand die op het idee kwam dat allemaal in vraag te stellen. Die wereld zag er nu eenmaal zo uit, inclusief de metafysica. God zat dus werkelijk boven ons de boekhouding der menselijke zonden bij te houden. En daar niet overtuigd van zijn, laat staan daar luidop lucht van te geven – dat was nog erger dan vandaag betwijfelen dat salarissen van (tientallen) miljoenen tot de laatste cent verdiend en ook tot de laatste cent nodig zijn.

Elk tijdperk aanbidt nu eenmaal zijn eigen goden en heiligen, nietwaar?

Maar in de wereld (inclusief metafysica, want de fysica-wereld zelf is natuurlijk precies dezelfde) van de film die ik destijds ging maken zou persjonkelen achteraf bezien niet zo’n productief idee geweest zijn. Daar bleek het devies integendeel “wie zonder zonde is beleeft daar niet veel plezier aan” te luiden. En aangezien de metafysica van het hiernamaals alleen maar het verlengde was van wat je hier allemaal had uitgespookt, dreigde de hemel een doodsaaie bedoening te worden. Kwezels zaten er met gouden lepeltjes en bokalen rijstpap het Opperwezen te aanschouwen, eeuwigheid in, eeuwigheid uit. Terwijl de hel, daarentegen, gedefiniëerd als “niet de hemel, en voor de rest het verlengde van wat je hier uitspookt” best wel eens een interessante plaats kon zijn.

En nog heel anders ziet de wereld (steeds inclusief de metafysica) er uit wanneer er een Pluriversum is. In dat Pluriversum is er een universum waar ik deze morgen berustend heb gezucht toen peuter Sarah haar beker melk uitkapte, maar in een ander universum heb ik verschrikkelijk gevloekt. Aangezien in een deel van die gevallen de naam van het Opperwezen ijdel werd ingeroepen zou ik in die universa, vooropgesteld dat er ook nog een portie bijgeloof in het spel was, mijn eeuwige zielezaligheid op het spel gezet hebben.

De inzet is dus groot. Metafysica is en blijft dan ook een niet te onderschatten discipline. Ik geef toe dat het veel meer crackpots aantrekt dan de gewone fysica, die stilaan een maturiteit bereikt die toelaat het koren in één oogopslag van het kaf te scheiden. Maar dat is natuurlijk geen reden om een onderwerp dat een brede waaier aan resultaten insluit zomaar te onderschatten. Want vergeten te persjonkelen als dat toch nodig blijkt te zijn – ik mag er niet aan denken...

------------------------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2006/02/ik-wil-een-film-maken_11.html
(2) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2007/02/het-pluriversum.html
(3) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2007/04/persjonkelen.html

1 opmerking:

Luc Van Braekel zei

"dat was nog erger dan vandaag betwijfelen dat salarissen van (tientallen) miljoenen tot de laatste cent verdiend en ook tot de laatste cent nodig zijn"

Ik protesteer uiteraard tegen deze vergelijking. Dom religieus zou ik eerder associëren met wie vandaag vindt dat topsalarissen überhaupt iets zijn waar de samenleving zich moet mee moeien, in plaats dat ze, als resultaat van de vrije onderhandelingen tussen bedrijf en topmanager, gewoon een privézaak zijn waar enkel de aandeelhouders recht van inspraak hebben.