maandag 2 maart 2009

Diepe wortels

Mijn boek over Indische geschiedenis (1) geeft me ineens een heel aardig kruiselings perspectief. De volkeren die (helemaal aan het begin van het Hinduïsme) de Vedische geschriften hebben geproduceerd zijn het onderwerp. Dat waren afstammelingen van de Indo-Europese volkeren waar we allemaal al zo veel van hebben gehoord, en wel dat deel dat zich vanuit de steppen oostwaarts naar Indië had verplaatst. Maar eenmaal daar aangekomen duurt het nog een hele tijd voor ze de officiële grens tussen historie en pré-historie overschrijden: de uitvinding van het schrift. En dus weten we niet zo heel veel van die volkeren, daar in dat "derde" en "vierde" millennium, die een rijke taal hebben, en een rijke mythologie, maar geen boeken, laat staan bibliotheken...

De teksten beschrijven vooral lange rituelen en verder oorlogen waarvan je nog vaag kan hopen dat er enig historisch inzicht in verborgen ligt, maar veel meer dan een bewijs dat die volkeren er waren, plus aanwijzingen dat het "pastorale volkeren" waren (ze hebben woorden voor paarden en wielen, maar niet voor velden en gewassen; iets dergelijks) geven ze niet. En verder zijn er terugkerende verwijzingen van de trek "van West naar Oost" (altijd onder de hoede van de god van het vuur, en consoorten), en het feit dat de archeologie ze met het verstrijken van de tijd inderdaad steeds verder naar het oosten aantreft. Maar de tijden waarin hun geschriften ook werkelijk worden opgeschreven dateren soms van duizend jaar (tenminste, dat soort orde van grootte) na de gebeurtenissen: in die tijd kan je veel lokale stamhoofden in machtige keizers veranderen, en veel alfmannetjes in helden en halfgoden.

Tijd, dus, om andere wetenschappen te hulp te roepen, en dat is in dit geval de vergelijkende anthropologie. We vernemen dat onze Vedische volkeren leefden in een soort clanverband dat je wel meer bij pastorale volkeren aantreft, tot het punt dat je de vergelijking kan maken met, bijvoorbeeld, de pastorale volkeren van de Schotse Hooglanden in de pré-moderne periode.

Dat geeft al vlug enkele millennia verschil! Daar krijg je een Schotse bevolking die zichzelf verenigd vindt in een gemeenschappelijke taal en cultuur, maar daarbinnen verdeeld is in verschillende clans, die allemaal afstamming claimen van één of andere half (of echt) historische figuur die ver in het verleden ligt. Interessant is dat daaruit blijkt dat dat Schotse volk, via die verschillende clans, afstamt van heel verschillende volkeren, en het boek noemt uitdrukkelijk Ieren, Picten en Norse. Dus: je neemt een bepaalde regio, je neemt diverse ("pastorale") volkeren die zich in die regio ophouden, enkele eeuwen schudden en sudderen, en op het einde zien ze zichzelf als "een volk".

Zo kan je extrapoleren, en vind je bevestigd in andere aanwijzingen (zoals taalkundige verwijzingen in namen), dat het met de pastorale volkeren van de Vedische periode precies zo gegaan is. Indo-Europese volkeren vermengen zich met, of absorberen, of veroveren, (diverse?) lokale volkeren, en na een tijd spreken ze allemaal Sanskriet, hebben ze een kastencultuur en is een priesterlijke klasse (de Brahmanen) aan de (spirituele) macht.

Nu is dat voor een stuk ook precies wat je zou verwachten als je een beetje durft rekenen. Immers; als je bedenkt dat wij allemaal twee ouders hebben, en vier grootouders, en acht overgrootouders, en zestien... (enzovoort)... dan hoef je maar tien generaties, of een goede twee eeuwen terug te gaan, en de lezer en ikzelf hebben elk 1,024 voorouders. Het zou al een tikje vreemd moeten lopen als wij (nazaten van het Vlaamsch volk) slechts twee eeuwen geleden 1,024 verschillende voorouders hadden, nietwaar? Geef het maar toe: hoogstwaarschijnlijk zijn we familie! En hoogstwaarschijnlijk hoeven we daarvoor lang niet zo ver terug te gaan...

Maar daar zit het punt niet. Het punt is dat we kunnen blijven teruggaan, en we zitten nog niet eens in de middeleeuwen als we allebei al een grootte orde van een miljoen voorouders hebben. En als je dan bedenkt dat de wereld al snel heel veel minder inwoners had dan nu, en dat het ontstaan van de moderne Homo sapiens heel veel verder in het verleden ligt dan de middeleeuwen... Dan verwacht je niets anders dan dat "een volk" van vandaag een sociale constructie is, en je bent helemaal niet verbaasd als de hevigste Schotse nationalist van geen kanten kan zeggen of hij nu een Pictische of een Norse afstammingslijn heeft - omdat hij ze nu eenmaal allemaal heeft, en nog veel meer.

En nog altijd zitten we niet bij dat "kruiselings perspectief"! Daar komen we pas als ik teruggrijp naar het boek van Karen Armstrong waarover ik het enkele dagen geleden had (2). Die vertelt over de joden van omstreeks het jaar 1,200 BC (dat is 500 jaar na het arriveren van de Vedische volkeren in India, en 2,000 jaar voor het tijdperk van de Schotse hooglanden...), in de hooglanden iets voorbij de Phoenicische kust. En we krijgen precies hetzelfde verhaal! Pastorale volkeren, van zeer diverse Semitische, Kanaänitische, Syrische (en weet ik al veel welke allemaal), afkomsten, die zich geprangd tussen de koninkrijken in de buurt een eigen cultuur en spiritualiteit verwerven, en niet veel later een eigen koninkrijk met als hoofdstad Jeruzalem hebben.

Een paar eeuwen, meer was er niet nodig, en ze waren zo vermengd geraakt dat ze tot drieduizend jaar (and counting) later zichzelf als een uitgesproken volk zouden zien...

Nu, naar onze eigen menselijke maatstaven hebben die volkeren natuurlijk echt "diepe wortels". Als iemand zijn voorouderlijke geschiedenis kan traceren tot mensen die drie of vier millennia (!) geleden al je ontstaansmythes aan het vertellen waren, dan zal je mij niet horen klagen. Maar voor theorieën met veel "raszuiverheid" is het allemaal niet zo best...

-----------------------------------------
(1) John Keay, A History of India, 2,001
(2) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2009/02/karen-armstrong.html

Geen opmerkingen: