Bij de recente post over "fractioneel bankieren"(1) verschenen en paar commentaren rond het onderwerp "kwalificatie van contracten". Immers, de critici van het fractioneel bankieren doen nogal veel moeite om gelden op spaarboekjes en zichtrekeningen als "bewaargeving" te kwalificeren. Dat betekent dat de bewaarnemer dezelfde voorwerpen ongebruikt moet teruggeven, en zo kan je "afleiden" dat het "fraude" is wanneer de bank de spaargelden intussen zelf voor eigen rekening uitleent.
En dus vond ik dat op mijn beurt alleen maar een verbaal manoeuvre, omdat ze nu eenmaal eerst ergens een naam aan geven, en vervolgens de "conclusie", die echter al op voorhand was bepaald, "afleiden" uit de "premissen", die echter alleen maar achteraf aan de "conclusie" worden aangepast.
Onnodig te zeggen dat de critici het daar niet erg mee eens waren! Voor mij illustreert dat dat het "manoeuvre" nogal cruciaal is voor de redenering, maar dit terzijde. Hoe dan ook, in dat kader verzekerde lezer Felix me dat het verschil tussen lening en bewaargeving echt wel juridisch relevant is, en dus niet zomaar een "verbaal manoeuvre".
En omdat ik dit een belangrijk onderwerp vind, en een commentaar bij een oude post nu eenmaal nog minder wordt gelezen dan een echte post, copiëer ik nu maar mijn reactie daarop hieronder...
---------------------------------
Zeer zeker is dat juridisch relevant. Het wordt pas "een verbaal rookgordijn" wanneer je het misbruikt om bijvoorbeeld een vooraf bepaalde "conclusie" te bereiken.
Zo is een uitwisseling van geld tegenover gebruik (e.a.) van onroerend goed een "verkoop" als de eigendom wordt overgedragen, maar (vermoedelijk) een "huur" als er geen eigendomsoverdracht is. De kwalificatie hangt af van wat de contractanten hebben afgesproken.
Op dezelfde manier is het overhandigen van iets om het later terug te krijgen misschien wel een bewaargeving. Het hangt af van wat de vrije contractanten hebben afgesproken. Een mantel in een vestiaire; een auto in een parking: de afgever wil duidelijk hetzelfde voorwerp terug.
Maar ikzelf (die durf suggereren dat ik wel degelijk weet wat er met mijn geld gebeurt) heb helemaal niet de bedoeling precies dezelfde geldstukken terug te krijgen wanneer ik geld op een spaarboekje zet, zoals ik niet verwacht hetzelfde ei terug te krijgen wanneer ik mijn buurman een ei uitleen.
Zeker is het best denkbaar dat geld afgeven om het later terug te krijgen wèl onder de vorm van "bewaargeving" verloopt. Als de klant geld (of iets anders) laat deponeren om later precies dezelfde geldstukken /voorwerpen terug te krijgen noemen we het meestal "kluis". Het is de ontvanger die ervoor betaald wordt, en dat suggereert "bewaargeving".
Maar met spaargeld is dat lang niet noodzakelijk mijn bedoeling; integendeel, zoals gesuggereerd door het feit dat het bijna altijd de spaarder (en niet de ontbangende bank) is die betaald wordt.
Natuurlijk, als één of andere instantie, praktisch noodzakelijk een overheid, beslist dat ik niet langer mag afspreken met mijn bankier wat ik wil, bijvoorbeeld omdat een individu (of een groepje individuen) denken beter te weten dan de totaliteit van al die vrije individuen wat ze "eigenlijk" aan het doen zijn, en hoe het "eigenlijk" moet gekwalificeerd worden, dan kan het best zijn dat ze het alternatief in het strafwetboek zetten, en dan is het ineens "misbruik" en "fraude".
(De kenner heeft in de bovenstaande paragraaf natuurlijk de echo van Friedrich Hayek zien staan.)
Maar zoals ik al zei, nog verder afdrijven van de liberale idealen dan dit soort betutteling en dit soort verbod op vrij ondernemerschap en dit verbod op vrij contracteren tussen de partijen: ik moet al serieus nadenken om er voorbeelden van te vinden. Heropvoedingskampen voor wie dat niet inziet lijkt me een kandidaat.
------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2011/10/weer-controverse-rond-fractioneel.html
6 opmerkingen:
Er lijkt mij nog een heel verschil te zitten tussen opmerken dat het onderscheid tussen een lening en bewaargeving juridisch relevant is en voorstander zijn van "betutteling en dit soort verbod op vrij ondernemerschap en dit verbod op vrij contracteren tussen de partijen". Ik zet mijn geld niet op een zichtrekening met de bedoeling dat het iets opbrengt, ik doe dat omdat dit transacties met dat geld gemakkelijker maakt. Stel dat ik met een bank wil afspreken dat ik geen interest krijg op rekeningen waarvan het saldo onmiddellijk opvraagbaar is, op voorwaarde dat de bank zich ertoe verbindt om dit geld niet uit te lenen. Ken jij een bank waarmee ik zoiets vrij kan contracteren?
Zeer zeker is daar "een heel verschil tussen". Je kan dan ook in de post waarvan deze is afgeleid heel duidelijk gezien dat ik niet één, maar twéé ("verschil") bezwaren maakte.
Het eerste was "selectief redeneren", dat wil zeggen dat je je in het (uiterst relevante) onderwerp van de "kwalificatie van de contracten" op die kwalificatie baseert die leidt tot de gewenste "conclusie", in plaats van wat volgt uit wat er door de contractanten is afgesproken.
Het tweede bezwaar was dat beweringen dat het "misbruik" en "fraude" was leidt tot anti-liberale conclusies, omdat je dat allemaal alleen maar kan hard maken als je het verbiedt, controleert en afdwingt. En als ik bedenk hoe alle liberalen al op hun achterste poten staan als er maar eens sprake is van "consumentenbescherming"...
Los, natuurlijk, van de soort politiestaat die je zal nodig hebben om dat verbod in te voeren, en af te dwingen. Ik weet zeker dat je meer info vindt in de oude Sovjet manuals over hoe je "speculatie" onder controle houdt.
Die kritiek op de geïmpliceerde "betutteling" heeft evenwel volstrekt niets te maken met de vraag of jij je geld kan op een transactierekening zetten om betaalverkeer gemakkelijk te maken. Bij mijn weten bestaat dat contract niet. Ik kan alleen maar vermoeden dat onze vrije ondernemers het niet aanbieden omdat het teveel zou kosten. Maar indien dat fout is lijkt het me in onze vrije markt toegelaten het te proberen. Als het toch rendabel zou zijn terwijl het klopt (want in feite weet ik dat niet) dat niemand het aanbiedt, dan hebben we te maken met een marktfalen. Toch vermoed ik gewoon dat het komt omdat het werkelijk niet rendabel is.
Natuurlijk, mocht het niet aangeboden worden omdat de één of andere overheid, gebaseerd op één of andere drogredenering, het verboden heeft, dan zou ik dat zeker als "betutteling" in vraag stellen.
Wellicht is een deposito dat niet verder uitgeleend wordt in de huidige situatie niet rendabel, dat is best mogelijk. Je veronderstelt echter in je voorlaatste alinea nadrukkelijk dat we in de huidige situatie een vrije (geld)markt hebben. In je volgende post stel je echter dat de overheid de risico's van fractioneel bankieren (deels) heeft opgevangen. Wat is er volgens jou verkeerd aan mijn redenering dat banken die deze risico's niet meer (volledig) hoeven door te rekenen aan hun klanten een concurrentieel voordeel hebben tov banken die dat wel zouden moeten doen indien de overheid niet zou tussenkomen?
Eens te meer begin ik met de toegeving dat ik je opmerkingen mogelijk niet begrijp.
Hoe dan ook, je tweede en derde zin lijken me te suggereren dat je een contradictie ziet tussen mijn "vrije geldmarkt", en de overheid die optreedt.
Alleen, ik gebruik het begrip "vrij" alleen om te zeggen dat elke bank, elke spaarbank, en om het even wie met een beetje kapitaal en een internetverbinding perfect vrij is om het product aan te bieden. Ik denk dat dat komt omdat iedereen denkt dat het niet rendabel zou zijn.
Daarna stel je een voor zover ik het begrijp ineens heel andere vraag, namelijk die van de concurrentievervalsing. Maar dat probleem is nu juist heel nadrukkelijk aanwezig, het is één van de onderwerpen waar ik in de bank waar ik werk al veel klachten over heb gehoord. En verder is het ook de reden waarom de Europese Commissie een leger specialisten aan het werk heeft gezet om al die tussenkomsten te beoordelen en er zware consequenties aan te verbinden.
Maar ik moet zeggen dat ik niet meer weet wat het met mijn kritieken op de libertarische ideeën te maken heeft.
Koen schreef:
"Maar ikzelf ... heb helemaal niet de bedoeling precies dezelfde geldstukken terug te krijgen wanneer ik geld op een spaarboekje zet, zoals ik niet verwacht hetzelfde ei terug te krijgen wanneer ik mijn buurman een ei uitleen."
Dat is een drogreden. Het gaat ook niet om letterlijk hetzelfde geld terugkrijgen nadat het van de bank is gehaald, maar of de koopkracht ervan al of niet aangetast is geraakt. Rente lijkt wel een slimme vergoeding voor fractioneel bankieren, maar tegelijk wordt je koopkracht op lange duur verwoest. Bedrog dus.
Het onderwerp van deze post is *kwalificatie* van het contract. Het onderwerp is de vraag of het gedeponeerde geld een *bewaargeving* is. Een bewaargeving impliceert dat hetzelfde voorwerp wordt teruggegeven. Als het toegelaten is een ander voorwerp terug te geven is het geen bewaargeving.
Maar goed, ik aanvaard dat je over iets anders wil beginnen: ik stel voor dat je in de toekomst nadenkt voor, en niet na, je de mensen van drogredenering beschuldigt.
Maar je veranderde onderwerp smokkelt alweer een assumptie binnen. Er volgt niet uit de looptijd waarop de bank het geld belegt dat de koopkracht van dat geld wordt aangetast. Natuurlijk, het klopt wel als je uitspraken afmeet aan de vraag of het klopt met het religieus dogma. Maar het klopt niet als je het afzet tegen de realiteit.
Een reactie posten