zaterdag 12 mei 2007

Eigendom

Een tijdje geleden zag ik in een blogcommentaar (dat moet dan haast bij LVB geweest zijn, maar ik heb het niet onthouden) de vraag hoeveel hoogmoed de mens wel moest hebben, om zich ten aanzien van de natuur zoiets als “eigendomsrechten” aan te matigen. Dat vind ik een zeer goede vraag: “thought-provoking” vragen zijn per definitie “goed”. Ik loop dan ook al een tijdje na te denken over de vraag.

Het kader was niet meer dan een mooi verhaal. De natuur, dat was iets waar we moesten “mee” leven, en waar we moesten “in” leven, en kwam helemaal niet in aanmerking voor “absolute” en “exploiterende” ideeën als eigendom, dat toch altijd een soort “meester- slaaf” relatie impliceerde. En omdat wij mensen nog lang niet aan goddelijke status toe zijn, was het hele idee van eigendomsrechten misplaatst. OK, ik vertel het uit het blote hoofd na, en dan nog eens in mijn eigen woorden, maar volgens mij was dat de teneur.

Het heeft iets plausibels, nietwaar? Plausibel is evenwel niet goed genoeg. Het hele verhaal gaat mis zodra je beseft dat eigendomsrechten helemaal geen relaties uitdrukken tussen de mens en de natuur, maar wel tussen mensen onderling. Zeker, zeker, als je in het Burgerlijk Wetboek kijkt, dan gaat het om het recht voorwerpen “op de meest volstrekte wijze” (of zoiets) te exploiteren (of zoiets). Blijkbaar toch een relatie met de natuur, niet?

Niet, dus. Lang, zeer lang, voor er van “eigendomsrechten” sprake was, waren er mensen die lucht inademden, planten zaaiden en oogstten en opaten, of verzamelden en opaten waar ze niet eens gezaaid en geoogst hadden, of stenen en rivierbeddingen verlegden... Kortom, al die vele dingen die neerkomen op het exploiteren van de natuur. En als opeten geen exploiteren is, laat staan “op de meest volstrekte wijze,” tja, wat blijft er dan nog over om “exploiteren” te heten?

Dus eigendomsrechten hebben niets te maken met het exploiteren van de natuur, omdat dat laatste onafhankelijk is van die rechten. Maar wel merkten mensen ooit dat leven van de vrije natuur niet erg rendabel is. Als we ook nog toevoegen dat populaties groeien tot het punt waar de ecologie ze nog net kan dragen, dan heersen er bijna altijd penibele condities. Dus zijn er goede redenen om de rendabiliteit van de natuur te willen verhogen. Dat kan door niet langer alleen te wachten tot we appelbomen passeren en de appels rijp zijn, maar alsnog te zaaien, en oogsten, en op te slaan, en beschermen, kortom, er is werk aan.

Maar dat impliceert dat wanneer iemand een stuk grond zaairijp heeft gemaakt door er alle stenen uit te wroeten, er bescherming moet zijn tegen iemand anders die hem vervolgens wegjaagt, en het land inpikt. Merk op: het gaat nog steeds over datzelfde exploiteren van de natuur, want daar gaat het sinds het ontstaan van het leven om. Maar vanaf een bepaald niveau komt daarbij dat mensen “rechten” moeten krijgen tegenover andere mensen, en dat zijn de eigendomsrechten. Die gaan niet over de exploitatie van de natuur, maar wel over de vraag hoe de resultaten daarvan verdeeld worden.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Prikkelende denkoefening.
Pas het concreet toe op iets wat me nauw aan het hart ligt als halve Braziliaan: het Amazonewoud.

De Amerikanen hebben het geprobeerd: de exploitatie van het "Amazonewoud" overkopen van Brazilië. Gelukkig (voor Brazilië) is dat nooit gelukt. Beeld je als presidentie van die natie in wat voor praktische explosieve problemen dat met zich meebrengt.

Het zal bij prikkelen blijven terwijl we naar de verdoemnis afstevenen. Let's dance Samba.

Koen Robeys zei

Wel, ik zal proberen met nog een andere analogie.

Er zijn op de wereld twee soorten dieren die we heel graag opeten, en die voorkomen in grote groepen. Vissen en vee.

Ten aanzien van vee is de mensheid er in geslaagd (met vallen en opstaan, ik geef het toe) fatsoenlijke eigendomsrechten uit te werken. Er zijn verhoudingsgewijs weinig problemen met gebrek aan vee - en als ze er zijn ligt het vaak aan klimaat, ziektes, dat soort dingen.

Ten aanzien van vis is de mensheid niet in die eigendomsrechten geslaagd, en er is een gigantisch probleem van overbevissing. Het probleem is dat zonder eigendomsrecht iedereen verantwoordelijk is, en dus is er eigenlijk niemand verantwoordelijk. En iedereen gaat maar zijn gang en vist er op los.

Je ziet dat het gaat om systemen waarbij mensen *ten aanzien van elkaar* moeten afspreken wie er op de voorraad (vee of vis) mag beroep doen, en wie niet (of in het laatste geval: tegen welke prijs: "markt").

Ik vermoed dat er ten opzichte van regenwouden een probleem bestaat dat doet denken aan het visprobleem. Er is niemand die het zich echt aantrekt, want het is van niemand. Het doet me ook wat aan het communisme denken: de huizen en de landgoederen waren van "iedereen", en dus weer van niemand, en het stond te verbrokkelen terwijl je er naar keek.

Het is inderdaad een prikkelende oefening. Maar ik ben niet zo pessimistisch. Bezorgd, ja, maar pessimistisch? Wij, mensen, zijn af en toe nogal tamelijk slim.