zaterdag 22 april 2006

Dure Bouwgrond

Gisteren stond in de krant dat ruim de helft van de beschikbare bouwgrond in Vlaanderen op één of andere manier in handen is van de overheid. En verder weten we dat de overheid vindt dat gronden te duur zijn: dat staat namelijk ook geregeld in de krant.

Hoera! Ik ben in een positie om u (beste overheid, en supporters van die overheid) in te wijden in een goed bewaard kosmisch geheim, dat niet alleen interessant is, maar ook uw probleem oplost! En dat geheel gratis, in navolging van mijn goede vriend Steve.

De naam van dat kosmisch geheim dat al uw problemen oplost is "de wet van vraag en aanbod". Het zit zo. Beeld je een primitieve economie in, waarin een visser één vis heeft gevangen, maar waarin twee mensen zin hebben die vis te kopen. (De vraag is dus groter dan het aanbod.) De Wet zegt dat de prijzen dan zullen stijgen. En daar kunnen we ons iets bij voorstellen. In ons voorbeeld hoeft onze visser maar vragend van de ene naar de andere te kijken, en de kandidaat-kopers zullen tegen elkaar beginnen opbieden, omdat ze vrezen zonder vis naar huis te moeten.

Omgekeerd is ook mogelijk dat twee vissers elk een vis hebben gevangen, maar dat er slechts één koper is, voor één vis. ("Het aanbod is groter dan de vraag".) De Wet zegt dat de prijzen zullen dalen. Al wat de koper moet doen is de verkopers afwachtend aankijken, desnoods suggereren dat wie niet snel wat water in zijn wijn doet deze avond met een rotte vis blijft zitten, en de verkopers zullen soepelheid betonen.

Kortom, we hebben goede redenen om aan te nemen dat de Wet ook werkelijk de realiteit beschrijft. Maar weet je wat er ook in de krant stond? In het geval van de dure gronden was dat niet zo! Nee, want er waren heel veel factoren die de prijzen bepaalden, zoals hoeveel mensen gronden wilden kopen, hoeveel geld er beschikbaar was, de stand van de rente... Kortom, de gronden in handen van de overheid, zo was expliciet de conclusie, hadden maar een heel kleine impact op het prijsniveau.

!!!

Zoiets doet me altijd de vraag stellen: zijn ze werkelijk zo dom? Het is niet onmogelijk, we hebben tenslotte recent een politieker zien jammeren dat het voor politiekers niet zo gemakkelijk was om in raden van bestuur te komen, vermits je daar (lees: anders dan in de politiek) het verschil tussen liquiditeit en solvabiliteit voor moest kennen. Dus misschien hebben ze werkelijk niet door dat zowel de vraag hoeveel mensen willen kopen, als de vraag hoeveel geld ze daarbij hebben, als de stand van de rente, niets anders zijn dan aspecten van de term "vraag" uit de uitdrukking "Wet van Vraag en Aanbod".

En doorgaans heb ik het heel moeilijk te geloven dat ze zo dom zijn, hetgeen me dan bij de nog pijnlijker conclusie brengt: ze wisten wel degelijk wat ze weer allemaal uitkraamden, dus ze zijn gewoon (weer) aan het liegen. Als ik me dat goed herinner stond er ook nog bij hoe er "dus" de nood was aan allerlei vormen van "beleid". Ha ja, met al die te dure grondprijzen.

Van een "market failure" die overheidsoptreden nodig maakt gesproken!

En toch ben ik in beide hypothesen misschien gewoon te hard. Misschien kenden ze doodeenvoudig inderdaad niet de wet van vraag en aanbod. Om politieker te zijn is dat immers ook niet nodig, het wordt hoogstens pas vervelend wanneer je je zitje in een raad van bestuur wil gaan incasseren.

Geen opmerkingen: