woensdag 17 januari 2007

Waarom Geschiedenis?

Naarstig op zoek naar een laat cadeau grabbel ik in de boekhandel (tjonge! Hoe kom ik dààr nu weer terecht?) het boek India, A History (2,000) mee. Ik hoop echt dat het goed is, het begint in zeer verre verledens, en Indië is een land waarvan ik de geschiedenis slecht ken.

Daarmee zijn we bij de moeilijke vraag: waarom is dat nodig? En dus ook de vraag van alle scholieren aan alle leraren, ouders, verantwoordelijke ambtenaren en klasgenoten: waar hebben wie die rotzooi van een geschiedenis in ’s hemelsnaam voor nodig?

Het is een zeer moeilijke vraag. Iedereen die een beetje geschiedenis (met een zeker begrip) heeft aangepakt wéét wat het antwoord is, maar niemand kan het onder woorden brengen. En dus krijg je van dat gehakkel en gestotter van “om het heden te begrijpen moet je het verleden kennen”. En als we ontdekken dat we nog geen papegaai kunnen overtuigen om dat na te praten, dan is dat de schuld van de jeugd van tegenwoordig.

Misschien moet ik terugdenken aan de Perzische monarch die destijds had besloten oorlog te voeren tegen de Grieken? Die had éérst beloten die oorlog te voeren, en dàn pas vroeg hij zich af: “wie zijn de Spartanen?” Big mistake!

Er zijn ook wel minder dramatische illustraties. Laten we even kijken naar de vele “analyses” die ons vertellen dat in 2,050 (of beter gezegd “binnen vijftig jaar”) de Chinezen dit, en de pensioenen dat, en de werkloosheid nog wat anders. Allemaal zeer interessant, en misschien nog waar ook, maar er ontbreekt iets. Wat er ontbreekt is het besef dat dat punt “binnen vijftig jaar” weliswaar inderdaad zal aanbreken, maar dat het even rap weer zal voorbij zijn. Terwijl, als je je al eens hebt bezig gehouden met, pakweg, de Byzantijnen, dan weet je dat die zich zorgen maakten over het stijgende aantal afbeeldingen van God, zodat tegen het jaar (om er maar zuiver willekeurig één te noemen) 1,453 de samenleving wel eens op afgoderij zou kunnen overgaan!

Tja.

Het punt is, een historisch besef doet je inzien hoe relatief een groot deel van al die dingen is, die vaak met grote ogen, brede gebaren en een rollend stemgeluid in de media wordt verkocht. En het helpt je, minstens af en toe, om wat harder na te denken over wat er vandaag zou kunnen belangrijk zijn, terwijl het zich recht onder je ogen bevindt en geen kat er naar kijkt. Neem bijvoorbeeld de vrees dat, overeenkomstig een simpele toepassing van de wet van de samengestelde interest (1) op de economieën van China en Indië, die economieën de Westerse economieën (en bijgevolg politieke, militaire en technologische macht) zullen in de schaduw stellen. Zeer goed mogelijk, dus, maar laten we om te beginnen niet vergeten dat er in 2,050 ook problemen zullen zijn, en dat, naar ik vrees, in antwoord daarop weinig mensen zullen voorstellen om de wereld van het jaar 2,000 te reconstrueren: zo belangrijk zal dat wereldje van 2,000 dan toch ook weer niet geweest zijn?

Een vergelijking met het Engeland van het jaar 1,895 (“geschiedenis”) maakt hopelijk iets duidelijk. In 1,895 stond Engeland aan de top van de wereld op een manier die het praktisch ondenkbaar maakte dat daar ooit nog iets aan zou veranderen. We nemen onze tijdmachine en onze kristallen bol, en we gaan aan een trotse Engelsman van die periode laten zien tot wat voor derderangsnatie zijn land is gereduceerd, op minder dan een eeuw tijd. In eerste instantie, waarschijnlijk paniek. Laten we hem vervolgens tonen dat de cijfers voor de levensverwachting op het punt staan te verdubbelen, dat zijn vrouw weldra geen kans van tien percent meer zal hebben te sterven in het kraambed bij elke bevalling die ze doormaakt, en dat vanaf een vijftig jaar na wat hij zich voorstelt als het toppunt van welstand de welvaart pas echt goed zal beginnen stijgen... Zou het nog steeds paniek zijn? Zouden er veel Engelsen van vandaag terug willen naar de tijd waarin zij rijk en machtig waren als natie, maar waarin de allereerste auto’s nog moesten beginnen rijden?

Dus als het nu het wrede noodlot is van het machtige Westen om, zeg, tussen nu en vijftig of honderd jaar nog eens tien keer rijker te worden dan we al zijn, maar de prijs daarvoor is dat grote leiders als Georges W. Bush en Tony Blair niet langer de toonaangevende personaliteiten van de planeet zijn, omdat de presidenten van China en Indië dat zullen zijn – is dat werkelijk zo’n grote prijs om te betalen?

----------------------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.com/2006/02/dingen-die-iedereen-zou-moeten-weten.html

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Hoi!

Goed stuk, dat luchtig is geschreven en toch verhelderend.
Om echt serieus te worden genomen zou het echter verstandig zijn om spelfouten en foutieve zinsconstructies uit je artikel te halen.
Voor de rest heb ik van je artikel genoten.

Vriendelijke Groet,


Joey Lindeman

Koen Robeys zei

Wel, ik heb één constructie aangepast en één dubbel woord geëlimineerd, en natuurlijk weet ik niet eens of het wel die fouten zijn waar jouw blik op was gevallen.

Het is zeer, zeer moeilijk om uit je eigen teksten alle fouten te halen. Wie niet gepubliceerd wordt, en dus geen editor heeft, kan kiezen tussen dan maar niets schrijven, of de occasionele fout accepteren. Ik koos maar het laatste.

Bedankt voor de belangstelling,

Koen

Anoniem zei

Haal dan op z'n minst die komma's tussen de jaartallen weg.