Peuter Sarah is werkelijk aandoenlijk in haar reactie op de komst van baby Thomas. Ze is heel erg lief voor baby Thomas, ze geeft hem kusjes en ze aait hem over zijnen bol. Maar tegelijk voelen we dat ze zich verschrikkelijk onzeker voelt over haar positie in huis. Ze is zeer aanhankelijk en als je haar vlugger op haar voetjes zet dan ze zelf had geanticipeerd begint ze hartverscheurend te wenen.
Dat "hartverscheurend" mag je letterlijk nemen. Het gezichtje betrekt, de traantjes rollen over de wangen, en wij die heel goed weten wat de context van het verhaal is, kunnen met de beste wil van de wereld niet vinden dat ze alleen maar irritant is. Het toppunt is, natuurlijk, dat we als zovele ouders hebben rondgelopen met de vraag "is het fysisch mogelijk dat nieuwe babytje even graag te zien als we Sarah zien?" Maar peuter Sarah kan dat niet weten, ze ziet haar mama alle dagen heel veel tijd steken in dat klein prutske en ze voelt zich van haar leven niet meer zeker.
My - good - ness!!
Vandaag dribbelt ze weer zonnig en goedgehumeurd als altijd rond. Niet meer dan drie keer per vijf minuten verschijnt ze voor je voeten, het gezichtje met haar grote oogjes naar je toegekeerd en de twee armpjes naar boven gestrekt: pakken. En ze gaat naar de kast, haalt er boekjes uit en gaat er mee naar een zetel, één van ons aan het handje meetrekkend: wij moeten die boekjes voorlezen.
En dat doen we, natuurlijk. Alleen is er vandaag een probleem.
"Saartje pap eten?"
"Né!"
Dat is raar? Normaal volgt hierop, op dit uur, een langgerekt jààààààààà!
"Saartje? Pap eten?"
"Né!"
Allez vooruit. Iets anders dan maar
"Saartje soep eten?"
Normaal is dit een grote tractatie. Er was toch al een grote verse pot klaar, dus de daad bij het woord gevoerd, en het potje soep staat al voor haar neus voor ze maar kan antwoorden:
"Né!"
Nu weet ik niet of je ooit geprobeerd hebt een peuter soep te laten eten als de peuter geen soep wil eten. Een anthropoloog heeft zelfs ooit eens gespeculeerd dat de betekenis van het schuddende hoofd ("nee") hiervan afkomstig is: het lepeltje verschijnt en het hoofdje draait opzij, parallel met de grond. Het lepeltje volgt, en nu draait het hoofdje in de andere richting. En zo nog een paar keer in steeds sneller tempo, en aangezien het mondje stijf dicht geknepen moet blijven (stel dat ze er anders eens een schep soep induwen!) is er geen ruimte meer om "nee" te zeggen, maar des te meer om "nee" te doen.
Nee, dus, Saartje géén soep eten. Zucht: wat nu?
"Saartje melkske drinken?"
"Né"
"Saartje nen dubbele whisky?"
"Koen!" (en tegelijk: "né!", door Saartje zelf).
Weer niets. Maar wat is dat? Saartje voelt eigenlijk wel een beetje warm aan. Dus peuter Sarah met de thermometer in contact gebracht, en jawel, 39 graden koorts. Het wil lukken, ik loop zelf ook al drie dagen met een snotvalling rond dat de bacteriën er vies van zijn. En weet je wat er nu zo aandoenlijk is? Op dit soort momenten heeft peuter Sarah een heel goede reflex. Andere prutskes van die leeftijd beginnen te huilen en dat soort stoten, maar peuter Sarah doet nu klagelijk "dodo!".
"Dodo? Saartje dodo?"
"Dodo! Dodo!"
Ze doet dat af en toe. Als ze moe is, of zich ziek voelt zoals nu, begint ze zelf over "bedje" of "dodo"! Het is een peuter om van te snoepen!
En zeggen dat zij zich afvraagt of ze hier nog welkom is...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten