Je moet je inbeelden – ik hoor het tot op de dag van vandaag zoals mijn moeder het zolang geleden voor ons heeft gezongen – dat je als klein kind de volgende tekst te horen krijgt, op de zachte, vertederende toon die zelfs ik (min of meer) weet te vinden sinds we zelf een baby hebben.
Kleine kleine stouterik
Zo zijn moeder tergen
Wacht, ik zal hem roepen, ik
Uit de zwarte bergen
Grip, grap, grimmelland
Zonder lip en zonder tand
Grip, grap, grauw
De Bietebauw!
Brad DeLong ( http://delong.typepad.com/sdj/ ) zou zeggen: “Department of Huh?”. Is dàt een wiegeliedje? En het antwoord is natuurlijk “neen, om de drommel niet”. Dit beschrijft, ten eerste, het eeuwig conflict tussen een baby die alle aandacht naar zich toe trekt en een moeder die heel veel te veel te doen heeft. Ten tweede beschrijft het een afzichtelijk, klauwend monster, en tenslotte beschrijft het nog de hartverscheurende toestanden, die in armere samenlevingen erg veel voorkwamen, waarbij ouders, door economische nood gedwongen, hun kinderen weggaven, verkochten, of zelfs achterlieten om te sterven. Iets dat ook in het sprookje van Hansje en Grietje nog niet achter de horizon van de romantizering door de gebroeders Grimm is verdwenen.
Het interessante hier is dat je dat proces van romantizering in zijn verschillende stadia als het ware kan betrappen. Veel van de harde waarheden, en vaak waren het béénharde waarheden, die achter die overbekende sprookjes zitten, liggen begraven onder dikke lagen transformaties. De biologische moeder die haar kinderen achterlaat om te sterven in het bos verandert eerst in een stiefmoeder, die we vervolgens (als we goed toekijken) nog hier en daar zien veranderen in een heks bij de gebroeders Grimm zelf. En wanneer de laatste fase aanbreekt, en de heks verandert nog eens in een boze koningin, dan is die beweging recent genoeg om zich net niet onder onze ogen af te spelen: Walt Disney is intussen ook alweer een generatie of twee geleden langs gekomen.
En iets analoogs zie je gebeuren in de wiegeliedjes die gaan over de ellende van de bedelarij in een quasi-middeleeuws Europa of de echo’s die we nog horen van ouders die in wanhoop hun kinderen weggeven aan onbekenden die zelden veel beter dan een demonisch lot te bieden zullen gehad hebben. Of hoe de geweld- en wanhoopsdaden van gisteren de sprookjes en wiegeliedjes van morgen zijn...
3 opmerkingen:
En hoe ik mij de "bietebauw" herinner, gezongen door mijn grootmoeder! (die zeer toegewijd en vriendlijk was, zodat het liedje wat van zijn gruwel verloor en gewoon spanned was)...Enig idee hou oud "De Bietebauw eigenlijk is? Ik zie enige gelijkenis met "Jabberwocky" van Lewis Caroll, al is daar de toon speelser en is het kind dat enge monster te vlug af..
excuseer mijn typo's - de gloeilamp boven mijn bureau was net gesprongen dus ik typte in het donker (de bietebauw was niet veraf..) : )
Sorry, het was maar een jeugdherinnering... En deze post, drie jaar oud ook alweer, heb ik destijds geschreven tussen een aantal andere over hoe je achter de oude liedjesteksten vaak nog sporen van heel andere realiteiten kon betrappen. Of ook hoe je "het proces van romantizering soms kon volgen", gewoon door de verschillende versies in de juiste volgorde achter elkaar te leggen.
En dat laatste kon wel eens de reden zijn waarom je een versie van Caroll kent, die "al" kindvriendelijker geworden is.
Een reactie posten